Krachtenmodel

Het krachtenmodel geeft zicht op iemands Kwaliteiten, Waarden en Passies. De drie basis elementen die een persoon nodig heeft om zijn Doel te bereiken. Hieronder wordt verder uitgelegd hoe het krachtenmodel werkt.

Kwaliteiten zeggen iets over wat iemand van nature goed kan. Laat ik dat aan de hand van een voorbeeld uitleggen. Willem is 45 jaar en al 10 jaar werkzaam bij een grote verzekeringsmaatschappij. Een van zijn kwaliteiten is dat hij goed kan luisteren. Dit heeft hij al vanaf dat hij kind was en kost hem geen enkele moeite. Waarden geven weer hoe iemand in de basis is en wat iemand belangrijk vindt in zijn omgeving. Zo is Willem eerlijk en vindt eerlijkheid in zijn omgeving van groot belang. Passies beschrijven wat iemand interessant vindt en door gedreven wordt. Willem wordt gedreven door maatschappelijke vraagstukken, waar het gaat om de mens of de maatschappij.

Alle drie de krachtenelementen zijn van even groot belang voor het behalen het persoonlijke doel. Het doel is de stip op de horizon, datgene waar de persoon (bewust of onbewust) in zijn leven naar toewerkt. Wanneer iemand in zijn werk de drie elementen Kwaliteiten, Waarden en Passies volledig tot uiting kan laten komen, komt de persoon het meest tot bloei. De persoon doet recht aan wie hij in nature is, en wat hij van nature kan en wil. Dat genereert energie.

Neem weer even het voorbeeld van Willem. Hij kan goed luisteren, is eerlijk, heeft eerlijkheid hoog in het vaandel staan en wordt gedreven door maatschappelijke vraagstukken. Willem is werkzaam op een callcenter van een verzekeringsmaatschappij. Zijn verantwoordelijkheid is om zoveel mogelijk verzekeringen te verkopen. De dagelijkse target die hij moet halen ligt hoog. Hij heeft van zijn baas instructies gekregen om uit ieder telefoongesprek een thuisafspraak als resultaat te hebben. Als we kijken naar de fit tussen zijn basiskwaliteiten, -waarden en passies, lijkt er weinig aansluiting te zijn met de elementen waar zijn huidige baan een beroep op doet. Het gevolg is een groot energielek en potentieel dat verloren gaat.  (Zie werksituatie A).

 Werksituaties
A. 

 

Deze werksituatie laat zien dat iemand maar voor een deel gebruik kan maken van zijn kwaliteiten, waarden en passies. Hierdoor gaat er potentieel verloren. De optelsom van de drie rode lijnen geeft ‘het energielek’ van iemand weer. Hoe korter de totale afstand van de rode lijnen, des te meer een persoon in zijn kracht staat en daardoor ook de organisatie.

Willem zijn baan sluit dus onvoldoende aan bij zijn krachten. Dit zou een heel ander verhaal zijn wanneer zijn baan zou bestaan uit het coachen van jongeren/ ‘drop-outs’ om ze weer terug naar school te krijgen. Hij maakt dan gebruik van zijn kwaliteit luisteren, is eerlijk over wat hij bij de jongere ziet en wat de gevolgen zijn en draagt bij aan de maatschappij.  (Zie werksituatie B).

B. 

 

Werksituatie B geeft een persoon aan die in zijn functie veel van zijn natuurlijke kwaliteiten, waarden en passies kwijt kan. Hij maakt gebruik van een veel groter gedeelte van zijn potentieel, is meer in balans aangezien het dichter bij zijn persoonlijke doel aansluit. De persoon is hoger in energieniveau en meer waard voor uw organisatie.

Om een persoon meer vanuit zijn kracht te laten werken zijn alle drie de elementen even belangrijk.

 Ook als het niet mogelijk is om van baan te veranderen kan het kennen van iemands krachten effect hebben op groei en potentieelbenutting. Neem weer even Willem.

Wanneer zijn manager het krachtenmodel van Willem ziet, schrikt hij. Jeetje, hij had niet verwacht dat Willem zo weinig op zijn plek zat. Hij merkte wel al dat Willem vaker ziek was en met weinig energie op het werk aanwezig was. Terwijl hij zo enthousiast aan de baan begonnen was. Nu de manager meer zicht heeft op zijn krachten besluit hij om het anders aan te pakken. Ze hebben samen een gesprek over hoe Willem het liefste de telefoongesprekken met de klant voert en in welke situaties hem dat energie geeft. Willem wil graag per klant de tijd nemen en ruimte geven wanneer iemand geen interesse heeft. Willem krijgt van zijn baas de vrijheid om op zijn eigen manier zijn targets te halen. Niet ieder telefoongesprek hoeft meer te resulteren in een thuisafspraak. Hij mag zelf weten hoe lang hij over de gesprekken doet. Opgelucht en vol energie gaat Willem aan het werk. Willem pakt het vanaf die dag anders aan. Hij begint op tijd en gaat als laatste de deur uit. Zijn gesprekken duren langer dan die van zijn collega’s en hij behaalt per telefoongesprek minder thuisafspraken dan zijn collega’s. Echter zijn totale target heeft hij moeiteloos behaald. Hij is veel succesvoller dan zijn collega’s in het verkopen van de verzekering wanneer hij eenmaal bij iemand thuis is. Hij begint er ook steeds meer lol in te krijgen, aangezien hij merkt dat zijn manier aansluit.